Meer columns

Blind

“Dus alle Ajacieden die meededen aan het WK in dat gezellige Qatar kregen af en toe een opbeurend appje van hun trainer. Behalve Daley Blind. Die kreeg geen enkel berichtje van die Veluwse kippenboer omdat hij niet lang daarvoor bonje met hem had gehad. Bonje? Bonje? Laten we het ‘woorden’ noemen. Een meningsverschilletje dat bij een grote internationale voetbalclub hoort. Zeker als het niet goed gaat. Dat soort ruzietjes leg je als grote kerels binnen een uur bij. Dat hoort bij de hitte van de keuken. Daley had trouwens nog gelijk ook. 

Maar voor de Barneveldse pupillentrainer was het een reden om Blind te straffen en naar een roestig zijspoor naast de Johan Cruijff Arena te rangeren. Vervolgens kreeg hij geen enkele kans meer. We hebben het over Daley Blind, kind van de club, zoon van zijn wereldberoemde vader Danny, de speler die als jochie aan de hand van diezelfde vader een rondje door de Arena mocht maken toen Danny na een magistrale carrière afscheid nam, de jongen die zoveel fluwelen passes heeft gegeven, die een sieraad voor Ajax was, een voorbeeld voor de jeugd, die 333 potjes in het eerste heeft gespeeld en die ondanks een ernstige hartafwijking keihard doorging met een kassie in zijn bast”.

Aan het woord is mijn Amsterdamse vriend Leo met wie ik al meer dan vijftig jaar wekelijks al het lief en leed van onze club deel. Onder het genot van een straf bakje koffie in mijn vaste café vlak om de hoek. 

“Jij kent al die bobo’s toch Youpie? Die bestuurders en commissarissen die met hun opgepimpte mokkels in de skyboxen zitten? Jij hebt vast hun nummers in je telefoon. Als jij ze nou eens belt en zegt dat ze die gereformeerde kippenneuker er zo snel mogelijk uit tiefen. Gewoon wegens wangedrag.  Omdat je als Ajacied zo niet met iconen omgaat. Daar neem je op een behoorlijke manier afscheid van. Met je hoed in de hand en een hele diepe buiging. Zeker als je zelf als speler nooit verder bent gekomen dan wat schimmige middenmoters. Heb ik gelijk of heb ik gelijk? Dat hij er met onze club niks van bakt neem ik hem niet eens kwalijk. Alle clubjuwelen zijn in de zomer verkocht en vervangen door tweedehands kringlooprommel. En een slecht seizoentje hoort erbij. Misschien wel drie of vier magere jaren. Kijk naar het huidige Liverpool of het jarenlang zwalkende Manchester United dat nu eindelijk weer opkrabbelt. Maar met een grote speler als Blind, die het stadion in zijn beste jaren heeft laten huilen van geluk, ga je netjes om. Ook in mindere tijden. Daley kreeg bij zijn afscheid niet eens een handje van de trainer. De hork zat namelijk in vergadering! Daarom wist hij het zogenaamd niet. Schaam je scheel met je achterbakse gluipsmoesjes”.

Ik opper voorzichtig dat Daley schitterend wraak heeft genomen door bij Bayern te tekenen. Nu wordt hij nog kwader.

“Die humorloze bekkenbouwers die toen het afscheid van Johan verpest hebben. 8-0. Maar uiteraard gun ik het Daley. Ik hoop dat hij er tegen Leipzig twee inschopt of minimaal een prachtige assist geeft.  Maar het is toch raar dat ik nu opeens voor die Duitsers ben om een of andere derderangs trainer te wreken? Dat kan toch niet? En dat ik als Amsterdammer oprecht hoop dat Feyenoord zondag wint omdat die blaffende Barnevelder er dan op staande voet uitvliegt. Maandagochtend wordt het vonnis dan geveld door Edwin van der Sar met 333 pakjes ongezouten boter op zijn hoofd. Ik hoop wel dat niemand de ontslagen trainer dan een hand geeft. Maar dan ook echt niemand. Dat hij gaat zoals hijzelf Daley heeft laten vertrekken. Koud. Kil. Meedogenloos. Iedereen is zogenaamd lekker in vergadering. Gewoon niet één handje. Ook geen ‘dankjewel’ of ‘succes verder’. Nog geen doei”.

Hij staat op, legt een tientje op de bar en loopt naar de deur. Daar staat de oude Leo met dikke druppels in zijn ogen. “Hup Bayern, Hup Feyenoord en een prettig weekend allemaal!”

 
Website door JUST